Thomas Philippesz Magito ( 1715) en zijn Koorddansersgezin uit Hoorn



Boerenkermis, David Teniers (II), ca. 1665 RijksMuseum, SK-C-298 Public Domain

Thomas Magito is waarschijnlijk een jongere zoon van Philippe Alexis Magito (1675) en Marie Therese Griffon (?) of Philippes kleinzoon via Alexis Phillippes zoon. Wat tegen het laatste pleit, is het niet vernoemen van Alexis.
NB op een genealogische site las ik  dat Thomas een van de vele afgeleide namen  is van Antonius.. 

 

Thomas Magito woonde meerdere jaren met zijn vrouw Maria Nieuwerkerke en hun groeiende gezin in Hoorn. Wat het houden van een Kermis of Jaarmarkt is Hoorn een goed gekozen plaats.

Hoorn heeft namelijk al sinds 1357 een Jaarmarkt. In 1446 kreeg de stad toestemming om zelfs driemaal per jaar een Jaarmarkt te houden. Vanouds was de jaarmarkt een plaats waar kooplui van heinde en verre kwamen om artikelen aan te bieden die in de rest van het jaar niet in die stad of streek te verkrijgen waren. Naast kooplieden was er ook vermaak geboden door rondtrekkende artiesten. Theater was op een kermis een belangrijk element; begonnen als een visuele weergave van de prediking tijdens de mis. Mij deed het denken aan een wagen/ mirakelspel zoals Marieke van Nimwegen. De Magito's hielden zich zeker bezig met toneel naast het Koorddansen. Overigens is er een tijd geweest dat de toneelvoorstellingen verboden waren door de Staten van Holland; er was echter geen consequente opvolging van dit verbod.
Tijdens de Jaarmarkten was de stadsbeiaardier-organist te horen.
De Kerkmis waarmee de Jaarmarkt werd gestart is de oorsprong voor het woord Kermis. De jaarmarkt was een hoogtepunt in het leven van de burgers tijdens de middeleeuwen. De week-, jaarmarkten en kermissen maakten al in de 15e en 16 e eeuw het noodzakelijk om het verkeer te reguleren er was sprake van filevorming en vertraging.Fout parkeren of -aanmeren kostte je al gauw vijf stuivers. De marktpleinen moesten vergroot worden en dat leidde tot gedwongen sloop van woningen.
Er heerste marktvrede en de markt was vrij. Wanneer er een bevel tot aanhouding tegen je liep, werd je tijdens de Jaarmarkt niet  opgepakt. Aan marktkruisen bij de stadspoorten kon je zien dat ongemoeid zou blijven. Om ongeregeldheden te voorkomen werden maatregelen genomen: Gokken om geld werd verboden, evenals gevaarlijke activiteiten als klootschieten. Ook werd toegezien op waar men wat mocht drinken.

Kermissen waren in elke stad en bijna elk dorp een jaarlijks terugkerend evenement. Men bezocht niet alleen de kermis in de eigen woonplaats maar ook daarbuiten. Op kermissen vond vaak de eerste kennismaking plaats tussen man en vrouw. De kans dat dit ook het geval was met Thomas Magito en Maria Nieuwerkerk is groot, Maria reisde rond met een Marionettentheater. Over het poppenspel van de Magito's op de Kermis van Hoorn wordt zelfs in de twintigste eeuw nog geschreven.

Thomas Magito hield zich net als vele Magito-familieleden  bezig met het Kermisbedrijf; aanvankelijk was hij Koorddanser, later ging hij zich net als zijn vader Philippe en Pieter Magito bezighouden met het impresariaat. De Magito's uit Franeker, zijn oom Alexis en neef Poulus Alexius, kwamen evenals Pieter uit Delft, regelmatig naar West Friesland met hun voorstellingen..

Thomas kocht in 1746 een "speeljacht". Mogelijk voor transport van zijn kermisuitrusting. Het jacht was duidelijk kleiner dan de boot die Pieter Magito en Maria de Marode een paar jaar later zouden aanschaffen, mogelijk op een idee gebracht door hun oom Thomas. Uit gegevens van het stadsbestuur van Utrecht blijkt dat er regelmatig gebruik werd gemaakt van boten om kermistenten te vervoeren.

Thomas Magito ( 1715)  trouwde Maria Nieuwerkerke ergens rond 1739. De trouwboeken van de St Cyriacuskerk in Hoorn noch de belasting op trouwen in Hoorn  leverde een trouwdatum op. Ook in Delft was geen registratie van hun huwelijk terug te vinden.  Omdat er geen vermelding onecht bij de kinderen in de doopboeken staat terwijl dit wel gebruikelijk was, ga ik uit van een huwelijk.

Overzicht_-_Hoorn_-_20116443_-_RCE, Loek Tangel, 1971, CC BY-SA 4,0

Het gezin van Thomas en Maria Magito

Hoe meer onderzoek ik doe naar Thomas, hoe duidelijker het wordt dat dit een echt Koorddansers gezin is geweest

Afgaande op Thomas laatste wil, vermoed ik dat ik al de kinderen van Thomas en Maria Magito wel gevonden heb.
Het oudste gevonden kind werd nog geen jaar oud; daarna volgden twee jongens en twee meisjes.
Deze Magito's lijken ondanks het werk op Kermissen en jaarmarkten zich gedurende een langere periode vrij vast gesetteld te hebben in Hoorn.


Thomas Magito kocht op 1 maart 1774 een huis aan de Lange Gracht in Leiden.  Een Philippe Magito kocht ook in Leiden in 1758 een pand aan de Coenesteeg. Zoon Philippe Thomasz was in het jaar 1758  pas 14 jaar oud en te jong om een huis te kopen.
Niet uit te sluiten is dat er meer Magito's in die tijd waren met de naam Philippe; een Philippe Antoinesz of een Philippe Alexis junior bijvoorbeeld. Maar ook Philippe Alexis sr (1676) die woonde en werkte in Parijs valt niet uit te sluiten, maar waarschijnlijk lijkt het niet. Tot in de nacht van zestien op zeventien maart 1762 zijn theater en de rest van de Foire Saint Germain afbrandden woonde Philippe in Parijs. 

 

 

 

 

Bijzonderheden:
Bon: Nieuwmare
Straat: Langegracht

1 maart 1774 aanschaf onroerend goed in Leiden door
Thomas Magito

 

 

2982px-Distilleerderij_Hartevelt_&_Zoon aan de toenmalige Langegracht, Leiden, 1910, CC BY-SA 4.0


Op 11 mei 1784 werd het pand aan  de Lange gracht, zo lijkt het, weer verkocht maar dat is niet in verband met het overlijden van Thomas. Bovendien staat op zijn inschrijven van overlijden dat hij op de Langegragt woonde. Misschien interpreteer ik deze akte niet goed.

Thomas' jongste dochter Judith woonde in die tijd ook in Leiden. In maart 1784 wordt haar jongste dochter Carolina geboren.

 

Uit het testament van haar vader Thomas Philippeszoon dat in 1789 werd opgemaakt blijkt dat Judith ergens tussen 1784 en het voorjaar van 1787 overleden moet zijn. Judith Magito was getouwd geweest met mannen met bijzondere namen, desondanks is er behalve de geboorte van de kinderen niets over hen terug te vinden. Mogelijk zijn deze mannen terug gegaan naar hun land van herkomst (Italië / Polen?) of verder doorgereisd met hun troup koorddansers

 




Thomas Phillippesz Magito overleed in oktober 1787. Hij overleefde zijn vrouw, zoon Philippe en dochters Maria en Judith.
In maart en april van dit jaar liet hij bij Pieter Keerwolff, Notaris Publicq  een testament op maken.

In de Middeleeuwen werden de notarissen hetzij door de Keizer, hetzij door de Paus aangesteld maar het werd langzamerhand overgelaten aan gemachtigden  waardoor vaak willekeurige, niet gerechtigde personen, deze waardigheid slechts door aanmatiging verwierven. Keizer Karel V maakte daaraan een einde. Het notarisambt zou slechts uitgeoefend kunnen worden na toelating en beëdiging voor het Hof van Holland.
In de aanhef van de akte moesten telkens zowel aanstelling als toelating worden vermeld. De archieven van de gasthuizen, kerken en kloosters bevatten vele middeleeuwse notariële akten, waaruit blijkt dat in Thomas woonplaats Leiden, bijna uitsluitend keizerlijke notarissen hebben gewerkt. Sommigen noemden zich "notaris publicq voor den Hove van Holland"

. Er zit  een verklaring bij dat Thomas niet meer dan 2000 guldens bezit.

 

De inhoud van Thomas Testament:
De opbrengst na liquidatie van zijn boedel, zal na zijn overlijden en na betaling van kosten voor weeskamer en sterfhuijs, verdeeld worden onder zijn zoon Jean, de zoon van zijn overleden zoon Philippe, de kinderen van zijn overleden dochter Judie / Judith en in de versie van maart ook de weduwnaar van dochter Maria. In de versie van april wordt deze Philippe Meijer niet meer genoemd, noch kinderen die Philippe en Maria Thomasdr hadden). Er worden voogden aangesteld over zijn minderjarige, uitlandige of andere toezicht behoevende erfgenamen. Thomas blijkt niet te kunnen schrijven en tekent met een kruisje. Met minderjarige erfgenamen zullen kleinkinderen- de kinderen van Philippe en Judith- bedoeld worden.

 

Binnen twee maanden na het overlijden van Thomas Magito wordt in Rotterdam, Johannes Thomas Magito geboren, zoon van Petrus Pietersz Magito en Alida van der Linden; kleinzoon van Pieter Magito en Antonet Bastaron. Waarmee de banden tussen de gezinnen  Magito maar weer worden aangetoond

Stadsarchief Leiden, PC la Fargue , Groene Kerkje, Sint Willibrord, Oegstgeest Public Domain,
68537909-d90d-b866-7f8c-0b414f946408

 

De familie Magito uit Hoorn/ Leiden lijkt ook goede banden te hebben gehad met de familie in Friesland. Of Lijsbet Gerlofs na het overlijden van haar man Alexis verhuisd is naar Leiden of  dat zij tijdens een bezoek aan de familie daar overleden is, zullen we waarschijnlijk nooit te weten komen. Haar kinderen woonden niet in Leiden maar in Amsterdam of Friesland, voor zover ik heb kunnen nagaan. Lijsbeth, een Friezin van geboorte, overleed in Leiden en werd in juni 1772 begraven in Oegstgeest. bij de St Willibrordkerk waar in 1787 ook Thomas Magito werd begraven.


Thomas' kinderen


Joannes Thomasz Magito 1741

Hoorn_Skyline , Sjef Schoenmakers , GNU Free Documentation License. CC BY-SA 3.0 Rechts  de Sint Cyriacuskerk

Joannes zoon van Thomas Magito en Marie Nieuwerkerk werd in 1741 geboren in Hoorn, net als als de broer en zussen die hem zouden volgen
Joannes werd gedoopt in de Koepelkerk zoals de Cyriacuskerk nu meestal genoemd wordt .
Dit is de tweede Joannes van Thomas en Maria. Aangenomen moet worden dat het oudste kindje van het gezin, dat precies een jaar eerder werd gedoopt, is overleden.

In de Cyriacuskerk waren naast zijn ouders, andere Magito familieleden aanwezig: Johannes, een jongere broer van opa Philippe. Grootvader Philippe woonde en werkte meestal in Parijs of Brussel. Oom Johannes had een vaste aanstelling als stadsmuziekmeester in Rotterdam en was  wel aanwezig in Nederland. Johannes gaf hem zijn voornaam. Ook aanwezig waren een neef van vader Thomas:  Pieter Magito met zijn vriendin Maria, huijsvrouw van Jacobus Reneaut of Reno, die eigenlijk Maria de Marode heette. Marie werd zijn Meter.
Gezien de afstand en de manier van reizen in die tijd zullen de Magito's uit Rotterdam  meerdere dagen onderweg zijn geweest voor deze doop. Wanneer Pieter en Maria op dat moment al in Delft woonden zullen zij Johannes en Huybertje wel samengereisd hebben. Gezien de werkzaamheden van Pieter hadden zij vast eigen vervoer. Mij is echter niet duidelijk waar Pieter woonde voor hij in 1761 zijn huis in Delft kocht. Het huidige Rietveld 43. Zoon Petrus werd in 1757, niet in Delft maar in Amsterdam gedoopt

In 1767 trouwt, Joannes of Jan Magito,  zesentwintig jaar oud in Amsterdam met Maria Arise van de Eijk, weduwe van van Es.

Maria brengt als weduwe "goed" in.
Jan en Maria wonen in de Elandstraat.

Maria en Jan hebben voor zover ik heb kunnen achterhalen geen kinderen gehad. Maria had wel en zoon uit haar eerste huwelijk met Abraham van Es.

De Elandsgracht ligt tussen de Prinsengracht en de Singelgracht in de Amsterdamse Jordaan. De Jordaan werd aangelegd bij de grote stadsuitbreiding in 1613, als volkswijk voor arbeiders en emigranten. De eerste bewoners van de Jordaan hebben het goed. Er is veel vraag naar ambachtslieden, kleermakers, timmerlieden en andere toeleveranciers, maar ook naar onderofficieren en matrozen. De naam Elandsgracht verwijst naar de geschiedenis van de leerlooiers in dit deel van de Jordaan, waar van verschillende soorten dierenhuiden, leer wordt gemaakt. De bewoning van de Jordaan wordt steeds intensiever. Huiseigenaren verhuren hun zolders, kelders en kamertjes aan hele gezinnen. Tegen woningnood ontstaan vindingrijke oplossingen. Een dak wordt opgetild en een nieuwe verdieping wordt er tussen geplaatst. Doordat de huizen hoger worden, lijken de straten smaller te worden. Woningen worden ook opgesplitst in een voor- en achterhuis. Een lange smalle gang moet het achterhuis ontsluiten. Kasten worden omgebouwd tot ‘bedstee’.

Op de Schans over de Elandstraat, Stadsarchief Amsterdam,Gerrit Lambrerts, Atlas Dreesman, 1810,, auteursrechtenvrij

Het lijkt er op dat Maria van Eijk al snel overlijdt. Ik kan er echter niets over vinden



Wat ik niet goed kan plaatsen is een gegeven dat uit de Haagse archieven naar boven komt.
Daar uit blijkt dat in 1771 Jan Magito uit Hoorn en zijn vrouw Anna Schouten, uit Amsterdam een acte van admissie hebben gekregen (verlaten van 'Haage) ; aanvankelijk voor de periode van één jaar. Een half jaar later blijkt dat zij 's-Gravenhage voorgoed hebben verlaten.
Het echtpaar had geen kinderen. Vermeld wordt dat zij gereformeerd  en hij Rooms is.

Over Anna Schouten heb ik geen aanvullende informatie kunnen vinden.
Een tweede Jan Magito , van die generatie uit Hoorn lijkt niet erg waarschijnlijk. Feit is dat Jan Magito, weduwnaar van Maria van Eijk,  in 1782 hertrouwt. Een Anna Schouten wordt echter niet genoemd op de ondertrouw-inschrijving.

Na het overlijden van Maria Arise, trouwt Jan in 1782 met de drieëndertig jarige Willemina Steen, ook in Amsterdam. Jan is veertig jaar oud.
Als weduwnaar brengt Jan Magito "goed" in.
De bruid is de enige die schrijven kan. Zij ondertekent met Willemijntje Steen
Zij wonen, evenals Anthonie,de broer die Mijntje vergezeld, op de Binnen Amstel

Verschillende schuiten en zeilschip op de voorgrond varen op de Binnen-Amstel in Amsterdam. RijksMuseum, Public Domain CC0 1.0-ec97cf.jpg

 

 

 

 

 

 

Nergens heb ik iets gelezen over hoe Jan Magito zijn geld verdiende.
Waarschijnlijk was het voldoende om goed van te kunnen leven aan de Binnen Amstel.

December 1783, een jaar na hun huwelijk, zijn Jan en Mijntje Magito weer op het Stadhuis en wel als getuige bij de ondertrouw van Marie Pieterse Beek, hun schoonzus die korte tijd getrouwd was geweest met Jans broer, Philippe. Het huwelijk van Marie Beek gaat om onduidelijke reden niet door. Over Jan Magito heb ik niets meer kunnen vinden hierna.


Op 23 november 1794 overlijdt een Willemijntje Steen, uit Amsterdam op de afdeling vrouwen van het Buitengasthuis ( Gast-, Pest-, Werk- e Spinhuis). Ik heb sterk de indruk dat het gaat om de vrouw van Jan Magito. Willemijntje moet ongeveer 44 jaar zijn geweest bij overlijden..
Ik heb geen spoor van kinderen van Jan Magito kunnen vinden

Wat weet Wilkipedia over het Buitengasthuis?
In 1635 werd een tweede gasthuis buiten de stadspoorten gebouwd als pesthuis. Dit gasthuis werd het Buitengasthuis genoemd, en het Sint Pietersgasthuis werd hierna Binnengasthuis genoemd. Pestlijders (maar ook andere besmettelijk zieken, geestelijk zieken en andere ongewensten) werden met de "pestschuit" via de Pestsloot,van het Binnengasthuis naar het Buitengasthuis vervoerd.

Het pesthuis was een vierkant gebouw omringd door een gracht, met een binnenplaats die werd doorsneden door een gracht, zodat de zieken makkelijk per schuit aangevoerd konden worden. Er waren vier afdelingen: een afdeling voor mannen, een afdeling voor vrouwen, een "langehuys" (dat als dependance van de mannenafdeling dienstdeed) en het "gezondthuys" waarin vrouwen die weer beter waren, konden aansterken. Ook een dolhuis, een apotheek en vertrekken voor de regenten en het personeel maakten deel uit van het complex

Stadsarchief Amsterdam, Gerrit Lamberts, 1817, Buitengasthuis, voorzijde het voormalig Pesthuis en het latere Wilhelminagasthuis auteursrechtenvrij


Philippe Thomasz Magito 1744

Philippe Magito , zoon van Thomas Magito en Maria Nieuwekerke werd begin december 1744 geboren in Hoorn.
Op 14 december werd hij gedoopt in de Sint Cyriacus te Hoorn
Aanwezig als getuige was Filip Magito senior, waarschijnlijk zijn grootvader Phillippe

Bij de kerkelijk administratie is enige verwarring ontstaan. Het lijkt er op dat de doop eerst op losse papiertjes werd genoteerd om deze op een later moment, in schoonschrift netjes te verwerken voor de eeuwigheid in het Doopboek. Blijkbaar werd er in 1746 een losse aantekening van deze doop gevonden, waarvan de schrijver vermoedde dat deze al administratief verwerkt was in 1744. Opgemerkt werd dat ook de Peter dezelfde was.

 




Het is deze zoon van Thomas en Maria Magito die voor enige jaren verhuist naar Delft, om bij het gezin van  Pieter Magito en Maria de Marode op het Rietvelt te gaan wonen. Onduidelijk is waarom hij verhuisde naar Delft

In 1764 staat Philippe ingeschreven als  Chirurgijnsknegt bij het gilde; de Chirurgijnskamer wordt hiernaast rechts afgebeeld .


Gezicht op de Stadsdoelen (links) en Chirurgijnskamer (rechts) in het voormalige Sint-Maria Magdalenaklooster aan de Verwersdijk te Delft. Public Domain

Mei 1765 wordt Philippe vader van een dochter : Phillipina.  Zij wordt gedoopt in de Nieuwe Kerk van Delft, vlak achter het Rietveld.
Een jaar later trouwt hij met haar moeder: Catharina den Visser, uit Delft

Den 1 Februarij 1766
Philippus Magito, jonge man geboore te Hoorn, woonende  op 't Rietveld, zijnde  van de Roomsche Religie
 met
Catharina De Visser, Jonge Dochter , geboore alhier mede woonende op 'Rietveld, zijnde van de Gereformeeerde Religie
ende werden deze geboden ...afgekondigt ingevolge  het Placaat van de Edele Groot Mogende Heeren Staaten van Holland en de Westvriesland van date 24 Januarij 1755

Het Tweede Gebod den 16 Maart 1766
Het Derde Gebod den 27 April 1766
Huwelijk werd 8  juni 1766 ingeschreven

Philippe en zijn gezin wonen bij Pieter en Maria op 't Rietveld. Of zij bij hen in huis wonen of in een van de andere panden die op naam van Maria de Marode staan, is onduidelijk. Het huis naast 'Het Vergulde Zwijnshoofd' waar Pieter en Marie zelf woonden, en het huis op Pieters naam weer daarnaast, hebben een ander huurder volgens Delftse archieven. Marie had nog een aantal kleinere huizen achter de huizen van het Rietveld, die eerder deel uit maakten van het Oude Begijnhof. Mogelijk verbleef Philippe in één daarvan. Nu staat daar een theater.

In het najaar van 1767 veranderen de zaken ingrijpend. Philippe monstert aan bij de Pauw, een van de VOC schepen.


Oktober 1767 vertrekt Philippe als lichtmatroos, vanuit Blijdorp - Goeree  met De Pauw, met Gerrit Harmeijer als Kaptein, via Kaap de Goede Hoop naar Batavia.
Aan boord zijn 190 zeelieden, 78 soldaten en 12 man onderhoudspersoneel.
Op de kaap, waar ze in maart aankomen, blijven ze 14 dagen  voor ze verder gaan naar Batavia. De tweede week van juni 1768 komen ze daar aan. De terugreis begint in China in december 1768, om half juli 1769 weer terug te keren in Goeree, met goederen bestemd voor Delft.
Na één reis houdt Philippe het waarschijnlijk voor gezien.

In 1770 wordt een zoon geboren; helaas wordt deze slechts ongeveer één jaar oud. Op 15 februari 1771 wordt hij Pro Deo als Arm kind, op de arm, ten grave gedragen, twee weken na de geboorte van zijn broertje Thomas, genoemd naar de vader van Philippe. Bij de doop van Thomas is Maria Magito, mogelijk de jongere zus van vader Philippe, getuige. Wat ook kan, is dat Maria de Marode, inmiddels getrouwd met Pieter Magito, zich nu Maria Magito noemt, net zoals zij de naam Reneaut voerde toen Jacobus Reneaut nog leefde. Ik opteer voor de laatste mogelijkheid gezien de bijzondere band die Philippe en Pieter en Maria Magito-de Marode hadden in die jaren.

 

 

Catharina de Visser overlijdt voor  juli 1781 want dan gaat Philippe Magito, weduwnaar van Caatje Visser, in Amsterdam in ondertrouw , met de tweeëntwintig jarige wees Maria Pieterse van Beek wonend op de Botermarkt.
Phillippe woont inmiddels aan de Amstel. Bij het Huwelijk brengt hij "goed" in en de weeskamer is voldaan.

Broer Jan Magito woonde in die periode ook aan de Amstel, misschien deelden ze wel een pand.

Wat betekent het dat de weeskamer voldaan is?
De Weeskamer zag erop toe dat kinderen waarvan één of beide ouders overleden zijn, hun rechtmatige erfdeel kregen. Bij het begraven van de overleden ouder werd dit geregistreerd in de begraafboeken van de Weeskamer. In het geval van een hertrouwen was de aanwezigheid van onmondige, dus minderjarige, kinderen te zien aan de aantekening in de marge van het ondertrouwen: 'weeskamer voldaan', soms met een minimale aantekening als 'ok'. De term 'weeskamer voldaan' houdt in dat de trouwlustigen zijn langsgeweest bij de Weeskamer en toestemming hebben verkregen tot ondertrouwen na het tonen van een akte van bewijs of verwijzing naar een testament. Een akte van bewijs vermeldt het aantal kinderen, het erfdeel en is vastgesteld bij een notaris en gecontroleerd door de voogden.
Het gaat dus niet om betaling van kosten aan de weeskamer op het moment dat een wees in het huwelijk treedt.

 Gezicht op de Langebrug over de Amstel en de Beurs te Amsterdam RP-P-1932-374.jpg
Created: between 1755 and 1779 date Kaiserlich Franziskische Akademie, prentmaker: Johann Friedrich Leizelt ,
naar tekening van: Willem Writs, verlener van privilege: Jozef II (Duits keizer) CC0 



Het Huwelijk met Maria van Beek duurde niet lang.
Maria ging in december 1783, 25 jaar oud inmiddels wederom in ondertrouw in Amsterdam met ene Jacob Supplie uit Brussel, 20 jaar oud. Opmerkelijk is dat Jacob, uit de Blindemansteeg geassisteerd werd door Jan Masito en Maria door Mijntje Masito. Maria woont dan in de Suijkerbakkersteeg. Waar hebben we dit eerder gehoord?
Het zijn oude Magito-adressen van onder andere Alexis Magito en Margueritta Stampaert. Het huwelijk gaat echter niet door. Onduidelijk is waarom niet.

Jan Magito is de oudere broer van Philippe en Mijntje Magito moet Willemijntje Steen zijn,  Jans tweede echtgenote.

Philippe overleed voor maart 1787, het moment dat zijnvader Thomas zijn testament opmaakte en waarschijnlijk dus al in 1782 of 1783. Hij liet één zoon na, Thomas. Deze Thomas werd opgenomen in het testament van zijn grootvader Thomas Magito.
Zoeken op voor- noch achternaam in open archieven is er geen begraven van Philippe Magito in welke spellingsvorm dan ook te vinden in Amsterdam. Ook zoeken op de naam van Maria Pieterse Beek leverde niets op.
Toen ik het overlijden van Judith Magito in Leiden onderzocht, kwam ik in een doopboek een inschrijven van een begraven tegen op 15 maart 1783 van een Philippe Magito, Speulder oud 30 jaar. Wat speulder ( er staat duidelijk geen spinder) betekent laat zich raden: wellicht toch iets ( marionettespel) in de amusementswereld van de Magito's
De leeftijd van 30 jaar kan onmogelijk kloppen met doopinschrijving, huwelijken, geboorten van de kinderen en testament vader Thomas. Maar de leeftijd van vijfentwintig jaar vermeld bij het begraven van zijn zus Judith klopt evenmin.
Bij de inschrijving van Judith wordt vermeld dat zij koorddanser was. De datum van overlijden valt in haar kraambedperiode.
De vraag is wie de aangiftes heeft gedaan, want behalve de leeftijden past verder alles bij de zoon en dochter van Thomas uit Hoorn.

Maar waarom zou een chirurgijnsknegt/ matroos VOC ineens gaan acteren en waarom van Amsterdam naar Leiden?

  • Er is een Alexis Alexisz Magito, geboren in Franeker die dat inderdaad heeft gedaan;
  • het zijn erfelijk belaste Magito's  en
  • omdat er brood op de plank moet komen en
  • andere opties inmiddels afvallen.


In mijn achterhoofd houd ik toch maar de opties open van een Philippe Antoinesz en een Philippe Alexisz uit Delft en daarmee een broer van de Pieter Magito

Het zelfde doe ik met de enige kandidaat die via een zoekmachine tevoorschijn kwam en die mijn optie was tot ik dit begraafboek vond.
Een inschrijven van begraven dat mogelijk bij Philippe Magito, geboren 1744 zou kunnen horen. Op het Kartuizer kerkhof  werd een Johan Philip Thomas begraven op 10 november 1782.
Van het Karthuizer Kerkhof is weinig terug te vinden; het zou ergens waar nu de Jordaan is, gelegen hebben. Wel is er een mooi artikel overschreven "de geschiedenis van het Kartuizerklooster te Amsterdam 1392-1578"

Philippina de dochter van Philippe en Catharina de Visser, trouwt het Johan Christiaan Gosman.
Zij overlijdt op zestigjarige leeftijd in 's-Gravenhage en van haar is een adres en een doodsoorzaak bekend


Maria Thomasdr Magito 1748


Voorgevels_-_Hoorn_-_20116678_-_RCE, Gerard Drukker, 1977, CC BY-SA 4.0

Maria is de oudste van de twee dochters van Thomas Magito en Maria Nieuwerkerk


Maria werd gedoopt in de Cyriacus kerk, evenals de andere kinderen van het gezin en wel op 31 oktober 1748.
Getuigen:: Pieter Magito (Peter) en Maria Reno (meter)

Maria gaat driemaal in ondertrouw
De eerste maal, zij is 22 jaar, gaat zij op vijf oktober 1770 met vader Thomas  naar het Amsterdamse Stadhuis om met Gaetano Gouato, een 22 jarige Venetiaan, te gaan trouwen. Ze woonden al samen op de Botermarkt, maar het Boterbriefje? Dat komt er niet, want de huwelijksafspraak wordt geannuleerd.

De Botermarkt is tegenwoordig het Rembrandtplein

De Reguliers Waag op de Botermarkt met de Marktkraampjes rond de in 1874 afgebroken Boterwaag.
Rechtsachter de Munttoren en de ingangen van Reguliersbreestraat en Halvemaansteeg, met de huizen Rembrandtplein.Vervaardiger Witkamp, Ernest Sigismund, Public Domain

Thomas mag weer op komen draven op negen oktober 1772, als Maria een nieuwe poging waagt, nu met de in London geboren
William Charles Thomson. Maar helaas, ook door dit voorgenomen huwelijk staan grote strepen.

De_vleeshallen_in_de_Nes._Reclamekaart_Patria_Biscuits._Verso_stempel_
'verzameling_C._Spook',_Afb_PBKD00332000006, Public Domain

Volgens scheepsrecht moet het de derde keer goed gaan en wel met Philippus Meijer.
Op 14 mei 1776 bevestigt Ds Menstes in de Westerkerk in Leeuwarden het huwelijk, nadat er tweemaal eerder een afkondiging is gedaan.

Waarom het tweemaal mis is gegaan met een voorgenomen Huwelijk, zal nooit duidelijk worden.
Waarschijnlijk waren Gaetano en William Charles buitenlandse en dus over grotere afstanden reizende, koorddansers, die samenwerkten met de Troupe van vader Thomas of die  van zijn neef Pieter of  oom Alexis. Een reden voor  het niet door gaan van een huwelijk kan zijn onder andere dat ontdekt werd dat de bruidegom in spe al getrouwd was, in een stad ver weg of was hij doorgereisd naar een andere stad


Wat Philippus Meijer uit Leeuwarden voor de kost deed, was aanvankelijk een raadsel omdat er helaas niets over stond op de trouwinschrijving of in de doopboeken waarin de kinderen zijn bijgeschreven. Maar hij komt uit  Friesland waar oom Alexis woonde en werkte. In Rotterdam staat in 1776 Philippe Meijer op de Kermis met eenige vreemde gediertens

Bij de doop van hun dochter Joanna Maria in Leiden is Carlo Facio getuige
Carlo is de leider van een Koorddansersgroep die regelmatig optrad in de Nederlanden. Carlo was ook getuige bij de doop van een van de kinderen van Judith Magito
Op 01-11-1783 trad zijn groep op in Harlingen op de kermis

In het eerste testament dat haar vader in maart 1787 opmaakte staat vermeld dat een erfdeel gaat naar de weduwnaar van zijn overleden dochter Maria. In de versie van april is hij verwijderd. De kinderen worden niet bij name genoemd maar genoemd als minderjarige erfgenamen


Judith Magito 1752


Gezicht_op_de_Korte_Mare_naar_het_zuiden_(De_Lakenhal)_-_Paulus_Constantijn_La_Fargue, 1778 , Public Domain

Judith, de jongste van de kinderen van Thomas en Maria, werd in 1752 geboren in Hoorn.
Thomas en Maris liepen waarschijnlijk al tegen de veertig aan.
Er is in meerdere opzichten wel iets bijzonders aan die doopinschrijving

Het dopen tussen 8 en 9 julij lijkt er later tussen gefrommeld

Baptisatus Judith RF Thomas Magito et Mietjes Magito
Patrinus: Christianus Magito

De naam van de moeder vergeten; Maria Nieuwerkerk werd
informeel Mietjes zoals ze haar kende van op straat en Nieuwkerk werd mevrouw Magito.

 

Afgezien daarvan is dit het enige document waarop Christiaen Magito een officiële rol heeft bij een familiegebeurtenis. Of het de uitmuntende Koorddanser Christiaen betreft kan niet met zekerheid gezegd worden.,  maar een andere Christiaen Magito ben ik niet tegengekomen.

 

Ook Judith ging in zee met waarschijnlijk een Koorddanser. Met Valentino Sigel uit Venetië; mogelijk uit de zelfde Troupe als Gaetano Gouato. Wat er van Valentino geworden is, is een raadsel. Meest waarschijnlijke is dat hij meegereisd is, met zijn Troupe.

Gezicht op de Roomsch-katholieke kerk aan het einde van de Haarlemmerstraat, ook genaamd Mon Père Kerk. de Zon Gezien in de richting van de Haven. Erfgoed Leiden, Public Domain

 

Een huwelijksinschrijving van Judith en Valentino heb ik niet kunnen vinden; wel een inschrijving in een Doopboek van de Kerk aan de Kuipersteeg in Leiden.Geen opmerking dat het gaat om een niet legitiem kind.

9 juni 1772
Alexander Valentinus

Filius Valentini Sigel et Judith Magito
Getuigen:
Alexander Busa en Antonetta Etoile

Hoe de relatie met Valentino verlopen is, blijft onduidelijk. Er werd maar één Sigel kind geboren.
Tussen 1778 en  1784 komen er twee zonen en twee dochters voor Judith bij met Waivry als achternaam.
Vast van een vader ook uit het artiestenvak, maar ook dat blijft onduidelijk

Bij de doop van Carolus in 1778 was Carlo Facio getuigen, wederom een leider van een Koorddansersgroep.
Bartholomeus Spinacuta en Alexander Joseph Hellendaal waren aanwezig bij de doop van dochter Maria.
Bartholomeus Spinacuta was de broer van Carmina Bussa-Spinacuta en was eveneens koorddanser .
Hellendaal moet haast wel familie zijn van Pieter Hellendaal, een getalenteerde musicus die met Alexis Joannisz Magito in Cambridge werkte
Bij de doop van de jongste dochter was Cornelis Kasbergen aanwezig, die ook getuigen was van de doop van de kleindochter van Pieter Magito. Kortom veel trouwe vrienden en collega's uit het vak.
.









Judith Magito overleed 10 dagen na de geboorte van haar dochter Carolina Waivry, in het Kraambed.
Ik heb haar teruggevonden in het begraafboek van Leiden, als Judith Mazitoo, huijsvrouw van Casimir Werri. Haar beroep: Koordendanser.
De leeftijd van 25 jaar kan niet kloppen

Getuigen kunnen soms het plaatje compleet maken.
Neem nu Antonetta Etoile, Antonetta was eerder, samen met Pieter Magito, getuige bij de doop van één van Alexander Bussa's kinderen.
Alexander Bussa die was weer getuige / Peter is bij de doop van Alexander Valentinus Sigel. Deze Alexander Bussa was een goede vriend van Pieter Magito. Pieter stelde hem aan als voogd voor zijn zoon, mocht hij zelf voortijdig overlijden.
Alexander Bussa heet voluit Alexandre-Placide Bussard;maar word ook wel Placide genoemd. Alexander Bussa was getrouwd met Carmina Spinacuta

In de Dictionaire des Pierrots staat dat Placide één van de beste springers en koorddansers in het Theater Nicolet in Parijs was, waar hij rond 1770 optrad. Hij zal Philippe Magito, vader van Thomas en grootvader van Pieter, waarschijnlijk,  goed gekend hebben.
Placide schreef verschillende zeer succesvolle pantomimes. Hij gaf talloze optredens in provincie en in het buitenland, vooral in Londen en in 1778, is hij danser van de koning. In 1785 maakte hij niet langer deel uit van de groep waarin hij zo lang had geschitterd, .

Wat is er van Placide geworden? In Parijse bladen schreven De Manne en Menetrier dat er in 1830 in het kleine theater van de Funambules een oude acteur was, genaamd Placide, die de Cassandres speelde en ondanks zijn leeftijd een grote flexibiliteit toonde; deze acteur
werd op een ochtend dood aangetroffen op een bankje aan de boulevard waar hij de dag ervoor dronken had geslapen, en zij
stelden de vraag of deze ellendige oude man niet dezelfde is als de briljante Placide van het Theater Nicolet.
Volgens Wikipedia echter, overleed Alexander Bussa, bekend als Placide, geboren in Messina, op Sicilië, in New York op 26 juli 1812


Ik stel voor dat we aannemen dat de koorddanser Valentino en Gaetano, de huwelijkskandidaten van Judith en haar zus Maria, in dienst waren van Alexander Bussa. En, zei er iemand London? Laten we dan ook  William Charles Thomson, uit London noemen, de tweede bijna echtgenoot van Maria Magito. Zou hij ook deel uit hebben gemaakt van het gezelschap van Alexander Bussa?

De naam van Thomas als vader van de bruid wordt, nu we geen huwelijksinschrijving hebben van Judith en Valentino, nergens genoemd. Mij lijkt er genoeg indirect bewijs aanwezig om er vanuit te gaan dat deze Judith die in Leiden haar zoon laat dopen, de in Hoorn, de in 1752 geboren dochter  van Thomas Magito en Maria Nieuwkerk is. Bovendien, Thomas koopt kort na de geboorte van zijn kleinzoon een huis aan de Langegracht in Leiden en verlaat Hoorn. In het testament dat hij later opstelde noemde hij de kinderen van zijn inmiddels overleden dochter Judie.
Dat deze Judith een dochter van Pieter Magito zou zij , zoals sommigen aannemen is erg onwaarschijnlijk. Afgezien van wat hier boven staat zou Pieter ook een dochter Judith in zijn testament genoemd hebben, al was het maar om een voogd  aan te stellen om haar zaken te behartigen, indien nodig.

Tijdens dit deel van het onderzoek ontdekte ik dat Franeker een Universiteit had waar dans gedoseerd werd. Waarschijnlijk tot stand gekomen omdat Leeuwarden jarenlang de Hofstad van de Friese Nassaus is geweest, de voorouders van het huidige Huis van Oranje.

Toen de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden in opstand kwam tegen Spanje, koos Franeker al vroeg de zijde van Willem van Oranje. Franeker werd hiervoor in 1585 beloond met een universiteit, de universiteit van Franeker, op de Universiteit van Leiden na de oudste van Nederland. Er werden vier redenen aangevoerd:

  • het was goedkoper dan studeren in Leiden,
  • de ouders konden beter op het gedrag van hun kinderen letten,
  • het was goed voor de ontwikkeling van de bevolking en
  • het geld dat de studenten zouden uitgeven bleef binnen de provincie.

Aan deze Franeker Academie, geschonken door de Friese stadhouder Willem Lodewijk van Nassau en geopend op 29 juli 1585, kon men theologie, rechten, medicijnen, klassieke talen, wijsbegeerte en wis- en natuurkunde studeren. Een van de studenten was prins Willem IV.

De Friese Stadhouder Willem Lodewijk, die in 1585 de Universiteit van Franeker oprichtte, liet o.a dansles in het rooster opnemen. Edellieden die in die tijd aan het hof verschenen, dienden over goede manieren te beschikken, en dansen was hierbij een belangrijk sociaal gebeuren.

In navolging van het Stadhouderlijk Hof in Leeuwarden, danste ook de Friese adel op hun State. Stadhouder Willem Frederik was, voordat hij met Albertina Agnes trouwde, een graag geziene gast. De Kerkelijke leiders vonden er wat van.