Aanmelden om laatste nieuws via blog te ontvangen of
om een opmerking over de site te maken:
Herziening website - Groot Onderhoud zie blog
„Dat 's vast een zoon van Maziton",
„Dat 's vast een zoon van Maziton",
Herneemt een grijze paai,
Het heugt me, dat die pas begon,
Dat was uitnemend fraai.
Dan danst m'er zeker op de koord,
Of goochelt uit de tasch,
En brengt een hoen uit bekers voort,
Met hokus-pokus-pas.
" t 'Vreyhoff of Uytregtse Kermes" J de Beijer,met volgens een document de gigantische tent van Pieter Magito
X1333-30577 collectie Het Utrechts Archief , Public Domain
Dit is een verhaal over het leven van mijn Magito, Bastaron en Dupuis voorouders. Het zijn drie families die via mijn oma Magito verantwoordelijk zijn voor mijn bestaan op deze aarde. Voorouders die een bijzonder leven hebben geleid en waar genoeg informatie van bewaard is gebleven om ruim 300 jaar later nog een verhaal over te vertellen.
De naam van dit verhaal refereert aan de Magito's en dat leek ooit logisch, maar zo langzamerhand moeten we gaan denken aan een aanvullende ondertitel. De Bastarons en de Dupuis waren in dienst van de Franse koningen; hun leven was zo mogelijk, zeker in de tijd van de Zonnekoning, nog indrukwekkender.
Andere belangrijke takken van de familie stamboom heb ik ook onderzocht, maar deze families zult u hier niet terugvinden. De van der Lindens en Vermeulens hebben mij verrast. De Mullers leken eerder aanmerkelijk minder kleurrijk en interessant maar dat bleek niet helemaal correct. Aanvullend onderzoek liet zien dat wie Muller zegt, niet om de familie Kitz heen kan. Het werd een verhaal van pachtboeren, molenaars, brouwers, Burgemeesters en lekenrechters, bekende pottenbakkers met museumwaarde, heksenjachten, kleermakers en VOC-opvarenden.
Tussen de verschillende familietakken zijn grote verschillen aanwezig, maar ook zijn er opvallende overeenkomsten. De Magito's runden een entertainment bedrijf van een flinke omvang en kwaliteit. Boven Frankfurt had de familie Kitz een vinger in vele potten pap. Het waren bestuurders en ondernemers. Ook de van der Lindens en Vermeulens en hun aanverwante takken hebben goede tijden gekend. Er liggen, als herinnering aan de rijke stinkers van weleer, nog grafstenen van de familie Barendregt in de kerk van Barendrecht.
In januari 1945, de hongerwinter, wordt mijn moeders van der Linden-tak, verbannen vanuit Strijen, naar Rotterdam; de Boompjesstraat waarin zij opgroeide, werd frontlinie. In Rotterdam ontmoetten onder andere de Mullers en de van der Lindens elkaar.
Het verst terug in de tijd gaan, lukte aan de kant van mijn grootmoeder Catharina Vermeulen en grootvader Johannes van der Linden. Dat deze families redelijk honkvast waren, heeft zeker bijgedragen, aan het lang kunnen volgen van sporen in de tijd, maar dat was niet de enige reden. Via de Vermeulens en van der Lindens kwamen we op, al vele malen onderzochte, paden die leiden naar bekendere personen.
Informatie over de families Muller en Kitz uit Hessen, de families van der Linden en Vermeulen uit de Hoekse Waard, de andere grote familietakken waar ik vanaf stam, is terug te vinden om mijn website Allemaal Familie van mij. Dit geldt ook voor de jongere Magito generaties. Voor de website Allemaal Familie heeft u een wachtwoord nodig.
Hoe Holzhausen vor der Höhe, Ardres, Versailles en de Hoekse Waard elkaar in Rotterdam ontmoetten
Uit delen van Europa kwamen in de zestiende en zeventiende eeuw stromen immigranten op gang, onder anderen op de vlucht voor de Spaanse inquisitie.
Rond 1590 vluchtten onder andere protestantse lakenbereiders uit Antwerpen. Die stad was in 1585 door de Spanjaarden heroverd op de protestantse opstandelingen, van wie velen, in de jaren daarna, de stad en de rest van de Zuidelijke Nederlanden verlieten. Ze vertrokken naar Duitse steden, zoals Frankfurt, Hamburg en Embden, of naar de Noordelijke-Nederlanden.
De stad Haarlem lokte deze vluchtelingen met de belofte van vestigingspremies of gratis burgerschap. Werklieden met gewilde specialismen - textielarbeiders bijvoorbeeld - mochten in de stad komen werken zonder dat ze lid hoefden te worden van een gilde.
Tussen 1550 en 1650 groeide Haarlem van 14.000 naar 50.000 inwoners, en de textielnijverheid kwam tot ongekende bloei. Het gebleekte linnen van Haarlem werd het beste van Europa dankzij de vakkennis van immigranten uit het zuiden. Ook andere steden in Holland bloeiden, zo sterk zelfs dat de Noordelijke Nederlanden, aan het eind van de zestiende eeuw, rijker en machtiger waren dan de Zuidelijke Nederlanden. Dankzij die rijkdom bleven de immigranten uit de Zuidelijke Nederlanden komen. Dat waren in de loop van de zeventiende eeuw lang niet allemaal vluchtelingen meer, maar ook katholieke ambachtslieden. Zo kwamen de eerste leden van de familie Magito in Haarlem terecht.
In 1685, nu driehonderddertig jaar geleden, veroorzaakte Louis XIV, met het herroepen van het Edict van Nantes (godsdienstvrijheid), een emigratiegolf waardoor 200.000 Hugenoten West-Europa overspoelden.
Ook de oorlogen tussen Spanje, Engeland en Frankrijk zorgden voor vluchtelingenstromen
Op 9 mei 1657 sloot Lodewijk XIV van Frankrijk een verdrag met Cromwell.
Oliver Cromwell, Lord Protector van Engeland, Schotland en Ierland, stelde een vloot met zesduizend Engelse krijgslieden ten dienste van Frankrijk om de zeesteden van Vlaanderen te veroveren en dat in ruil voor Duinkerke.
Rond en in Ardres, een dorp ten zuiden van Calais, werd maandenlang gevochten.
Battle of Ardres, Domaine public
Minder aandacht dan de verhuizingen vanuit het zuiden kreeg een constante stroom van arbeidsmigranten uit de "Duitse" staten en Oost-Europa, die na het midden van de zeventiende eeuw, de andere stromen bij elkaar in omvang overtrof. Tot rond 1785 was de Republiek, gemeten per hoofd van de bevolking, het rijkste land ter wereld. Het hogere loonniveau trok veel arbeidskrachten aan. Ondanks dat de economie in de achttiende eeuw niet meer groeide, bleef de Duitse immigratie min of meer op peil. Het waren kleine handelaren en loonwerkers die tijdens en na de Dertigjarige Oorlog hun land ontvluchtten. Een aantal werkte zich op, maar velen kwamen als arbeiders in de steden terecht en monsterden aan op de handels- en oorlogsvloot en of namen dienst in militaire garnizoenen. Een aanzienlijk aantal lutherse gemeenten is in deze tijd ten behoeve van hen opgericht. Daarnaast waren de immigranten uit Westfalen en het Rijnland vaak katholiek en zij kregen onderdak in de schuilgemeenten van dat geloof.
Mijn voorouders waren oorlogsvluchtelingen, economische vluchtelingen of kwamen in verband met gezinshereniging naar de Nederlanden. Er is niets nieuws onder de zon.
De geschiedenis van mijn voorouders in grote lijnen
De naam Magito wordt al snel herkend als Frans of Italiaans van afkomst. Oma Willemina Magito werd daarom gezien als "import". De donkere haren en ogen pasten daar ook bij. Feit is echter dat de Magito's zich ruim honderd jaar eerder in Nederland vestigden dan de Müllers.
Anthoine Magitot en Marie Condette kwamen rond 1660, vanuit Ardres, Pas de Calais, Frankrijk, met peuter Alexis naar Amsterdam; wellicht op de vlucht voor het oorlogsgeweld in en in de omgeving van hun dorp. De Magito's waren Rooms Katholiek; geen hugenoten op de vlucht. Of de in 1657 in Ardres geboren Philippe de reis ook meegemaakt heeft, is onduidelijk. Van Philippe ontbreekt ieder spoor. In Haarlem en Amsterdam werkten Hubert en Antonio Simonszonen Magito en hun zonen, toen al in de textielindustrie.
Ook uit Frankrijk, uit Versailles of de omgeving daarvan, kwam Antonet Bastaron, al dan niet tijdelijk, naar Amsterdam. Van de Magito's wist ik dat hun verhaal interessant was; maar toen kende ik de Bastaron- en de Dupuis-voorouders nog niet. Antonet was, zoals het ernaar uitziet, de kleindochter van Jacques Bastaron, Musicien du Roi en van Marie Anne Dupuis, een dochter uit de jardinier familie Dupuis; maar Antonet was, denk ik, ook de dochter van een in Québec tot de galeien veroordeelde, gedeserteerde soldaat van Louis XIV.
Ik kan er een generatie naast zitten, maar de context is correct. In 1757 liet Antonet haar zoon, Pieter Magito junior, in Amsterdam dopen.
De Bastarons kwamen naar Versailles voor het vermaak van Louis XIV; de familie Dupuis kwam om er mede voor te zorgen dat de paleistuinen er kwamen en dat er op tafel groente en fruit stond, ook van buiten de seizoenen, als de Koning dat wilde.
Jean Dupuis, de broer van mijn stamgrootvader Henry, vond dat hij de mooiste baan ter wereld had en noemde de jardiniers: de goudsmeden van de aarde.
De Magito's, van oorsprong Koorddansers, acteurs en muzikanten, zijn het startpunt van mijn onderzoek geweest en ook de reden van het maken van deze website. De Magito's waren een grote uitdaging, onder andere omdat er nog steeds over oudbetovergrootvader Pieter geschreven wordt, waarbij de "gangbare" afstammingsreeks niet kan kloppen, en er wordt, naar mijn mening 'fake news' over Pieter verspreid.
- Voor mij is na veel onderzoek duidelijk, ook zonder geboorte-inschrijving, dat Philippe Alexiszoon, de vader van Pieter was.
- In alle boeken en stukken over Pieter Magito ben ik één auteur tegengekomen die schreef over Pieters maîtresses (de dames van de troep) en over zijn Française (oudbetovergrootmoeder Antonet/ Nannette?)
Pieter lijkt op zijn pad steeds trouw gevolgd te zijn door Maria Reneaut - de Marode, met wie hij na jaren samenleven, uiteindelijk trouwde. Wel had Pieter een erfgenaam nodig die de op leeftijd zijnde Maria hem blijkbaar niet kon geven. Ik ben ervan overtuigd dat Pieter junior geen ongelukje was, maar een door Pieter en Maria geplande erfgenaam via draagmoeder Nannette. Maria de Marode was zijn peetmoeder en de in het testament vastgelegde opvoeder, in geval Pieter vroeg zou sterven.
Reizend volk
Nog een opmerking over het reizende volk en de Magito's:
Het is duidelijk dat leden van de Magito onderneming meer 'en route' waren dan anderen en dat het gebruikelijk was dat dan de familie meereisde, maar de meesten hadden een vaste woonplaats.
De verhuizing naar Amsterdam was denk ik geen vrije keus, maar een vlucht uit een onveilig gebied, en misschien vinden we ooit een document waaruit blijkt dat Anthoine Magitot dit Langlois, met een troep Franse komedianten/ acteurs naar het noorden reisde met zijn gezin, omdat door de oorlog in Pas de Calais, er voor comedianten en koorddansers geen geld meer te verdienen was. Een gevonden inschrijving in het rekeningboek van de Armenkamer van Gent zou daarvan een begin kunnen zijn.
Armenkamer Gent
French, Italian, Spanish and German Actors and Others Artists at Ghent (1575-1700)Willem Schrickx
De Nederlandse Magito-tak is na aankomst in Nederland minder in beweging gekomen dan ik vooraf had gedacht.
- Alexis uit Ardres heeft jaren gewoond en gewerkt in 's-Gravenhage en Honselaarsdijck. In 's-Gravenhage werden ook de meeste van zijn dertien kinderen geboren. Zoon Johannes werd in Brussel geboren. Van vier kinderen weet ik niet waar zij geboren zijn; in 's-Gravenhage waarschijnlijk (er ontbreken Doopboeken) of toch elders omdat de ouders op reis waren.
- Philippe Magito uit ca 1674, waarschijnlijk Alexis' oudste zoon en mijn stamvader, werkte in Brussel en Parijs (1741-1762). In Parijs had hij langere tijd een vast adres.
- Noël Magito, geboren in 1682, in 's-Gravenhage, leefde jaren, net als zijn oudere broer Philippe, in het land van zijn grootouders, in Frankrijk. De kinderen van Noël Magito en Marie Françoise Dupré werden in verschillende steden geboren. Noël en Françoise waren "onderweg".
- Een aantal nazaten van Noël Magito en Marie Françoise Dupré is verder gaan trekken. Hun jongste zoon Pierre trouwde met Marie Therese Robbe, kind van een Franse -Spaanse circusfamilie. Deze Magito's vestigden zich in Scandinavië en Rusland.
- Oudbetovergrootvader Pieter Magito kocht, na de geboorte van zoon Pieter in 1757, in 1761 een huis aan het Rietveld in Delft, waar hij nog woonde toen hij in 1792 overleed. Zijn oudooms, Johannes en Alexis, woonden respectievelijk in Rotterdam en in Friesland; zijn broer Thomas in Hoorn en Leiden. Pieter Magito's nakomelingen kozen Rotterdam als vaste woonplaats en verdienden hun geld al binnen een enkele generatie op minder spraakmakende manieren.
- Pieters kleinzoon, Pieter, werd beeldhouwer; zijn achterkleinzoon Nicolaas werd schrijnwerker en marinier. Daarna volgde Hendrik, een Hofmeester bij de Koopvaardij. Zijn zoon Herman, mijn overgrootvader, was handelsreiziger en in goeden doen tot hij bedrogen werd door zijn zakenpartner. Herman kreeg geen tijd meer om zijn bedrijf weer op te bouwen. Hij overleed aan de gevolgen van een kwaadaardige ziekte al op 43-jarige leeftijd.
Een reconstructie van het verhaal van mijn voorouders
Een standaard afstammingsreeks zult u hier niet vinden, wel een reconstructie van een verhaal over personen, gezinnen, het hoe en waarom van keuzes die gemaakt werden.
Het is een verhaal gebaseerd op vele jaren snuffelen in de archieven, oude kranten en boeken; een verhaal geïllustreerd met prenten en met akten die bijzonder voor mij zijn, omdat ze verduidelijken, omdat ze ondertekend zijn door mijn voorouders op belangrijke momenten in hun leven en soms omdat ik jarenlang naar dat document op zoek ben geweest, dat dan onverwacht ineens op mijn beeldscherm verscheen ....... en ook dat moet gedeeld worden. Niet voor alles heb ik een bron om het verhaal te onderbouwen. In dat geval zal ik dat duidelijk vermelden. Logisch nadenken, een dosis fantasie en heel veel mogelijke bronnen lezen, bleek meerdere malen het begin van een nieuw spoor.
Het onderzoek in doop-, trouw en begraafboeken
In Frankrijk en vooral in Duitsland is het minder makkelijk dan in Nederland om de boeken van de kerk in te zien helaas. Transcripties ervan in Familiebücher zijn ook niet vanzelfsprekend voorhanden, maar toch is het, geïnspireerd mede door het "werkbezoek” aan de Müller-Kitz bakermat, gelukt de voorouders terug te vinden tot het tweede deel van de zestiende eeuw.
Waar kerkboeken ontbraken hielp het traditioneel vernoemen van kinderen om tot een, met grote waarschijnlijkheid, juiste conclusie te komen.
De familienamen Magito en Bastaron komen weinig tot zelden voor en dat betekende dat veel informatie niet terug te vinden was met behulp van zoekmachines/ websites. Ik heb inmiddels honderden uren doop-, trouw- en begraafboeken lezen achter de rug (onder andere Versailles, Den Haag, Amsterdam en Delft). Een voordeel is dat je op deze manier veel meer informatie krijgt uit de brondocumenten, die niet of zeer beperkt, opgenomen wordt op de bekende zoeksites; dat je een mishandelde familienaam herkent als toch de naam die je moet hebben; dat je ziet aan de inschrijvingen er omheen en de getuigen op de inschrijving, in wat voor gemeenschap de voorouder geleefd heeft. De doop- of trouwboeken van Versailles en sommigen van 's-Gravenhage lijken nog enigszins op elkaar, maar ze zijn niet te vergelijken met de boeken van bijvoorbeeld de Hoekse Waard. Allen waren de moeite van het lezen meer dan waard. Ik heb het dan niet alleen over de inhoud, hoewel die afleidend genoeg was.
Het was verbazingwekkend te zien hoe een doop of huwelijk van de groten der aarde er net zo rommelig en onleesbaar tussen gepropt werd als welke andere parochieregistratie dan ook. Ongetwijfeld waren er naast de Parochieregisters wereldlijke, officiële stukken, met veel toeters en bellen, mooie stempels en lakzegels.
Multigetalenteerde, zeer zelfstandige ondernemende mensen, die de kansen grijpen die het leven hen biedt
Nu het onderzoek ver gevorderd is, dringt steeds meer tot mij door dat we via mijn oma Willemina Magito, een zeer boeiende, rijke familiegeschiedenis hebben. Een geschiedenis waar generaties lang niet veel over werd gesproken. Gedurende de tijd dat de familie nog geen goed beeld had van het leven van onze voorouders, keken wij naar hen met de veroordelende blik van de twintigste en eenentwintigste eeuw. Wanneer je onze voorouders probeert te bekijken in hun eigen tijdsbeeld, dat van de zeventiende en achttiende eeuw, dan zie je multigetalenteerde, zeer zelfstandige, ondernemende en zich aan omstandigheden aanpassende mensen, die hun kansen grijpen; die door te reizen en mensen uit andere landen te spreken, weten wat er in de wereld gebeurt en deze kennis delen via hun voorstellingen in de dorpen en de steden waar zij optreden.
Juni 2023 blijkt dat de geschiedenis zich herhaalt, dat er Magito-nakomelingen zijn die, net als onder andere Alexis uit Ardres, Johannes, Pieter en Alexis de cellist, hun kansen grepen en een succesverhaal maakten van hun leven.
De Magito’s werden genoemd "de Carré's van de achttiende eeuw". Nu kunnen we zeggen: de Magito’s waren de Lloyd Webbers van de achttiende eeuw". Om Lord Andrew, ook afstammend van Alexis Magito en Marie Condette uit Ardres, aan te halen: "Magito's got talent"
Rotterdam
De zoektocht naar voorouders in Rotterdam, is ook een zoektocht naar het Rotterdam van toen mijn stad nog oud was, naar straten met bekende namen, die mijn voorouders niet meer zouden herkennen als de straten waar zijn woonden, werkten en een wandeling door maakten. Een pijnlijke maar ook verrijkende zoektocht onder andere aan de hand van een boek van Michel Ball, die op basis van oude tekeningen en notariële archieven, het oude Rotterdam en de Rotterdammers uit de 17e eeuw laat zien. Mijn Muller en Magito voorouders woonden toen nog in de streek boven Frankfurt, in Ardres, Versailles, Amsterdam of Den Haag en komen we niet tegen op zijn wandelingen door mijn oude stad.
Rotterdam met al syn gebouwen, net op haer maet geteekent en gesneden”. 1694
Ets en kopergravure gedrukt op 6 bladen, door Johannes de Vou en Romeijn de Hooghe in
Wikimedia Commons.CC BY-SA 3.0
Dank
- Met mijn nicht Wietske Magito heb ik jarenlang gediscussieerd over gevonden akten en "nieuwsfeiten" uit de 17-18e eeuw en over het gezin van onze grootouders/ overgrootouders
- Van kleinkinderen van de jongere broer van overgrootvader Herman Magito, kreeg ik een briefwisseling met Hendrik Magito, de vermiste oudste broer uit het gezin.
- Adrianus van der Linden liet de familie een inspirerende kroniek na, van het gezin waarin hij opgroeide. Mijn moeder was de jongste van dat grote gezin.
- Het op de website plaatsen van de informatie over de families waar ik uit voortgekomen ben, heeft ook weer nieuwe gezichtspunten en nieuwe informatie opgeleverd waardoor het onderzoek weer verder kon gaan; met name de overlijdensdatum van Pieter Magito (Harmen Snel) en de geboorteplaats Ardres in plaats van Duijnkerke (Ton Jongenelen) leverde voor mij antwoorden, maar zeker ook nieuwe onderzoeksvragen op.
- Speciale dank aan Harmen Snel voor kritische opmerkingen, onderzoek en aanvullingen. Daarmee is zeker niet gezegd dat alles wat er staat over de Magito's, dus door Harmen 'is goedgekeurd'. De te snel getrokken conclusies zijn van mij.
- Bij de start van het stamboomonderzoek, inmiddels heel lang geleden, wist ik eigenlijk maar bar weinig van onze voorouders. Het zoeken in de archieven wordt dan vergemakkelijkt aan de hand van gegevens van anderen die de familie ook onderzoeken. Deze gegevens helpen onverwachte paden te herkennen en maken het gerichter zoeken in de scans van originele aktes een stuk makkelijker. Dank onbekende neven en nichten verder verwijderd voor dat voorwerk!
Doordat de familie zich over het algemeen goed aan gangbare vernoemingsregels heeft gehouden, hebben we te maken met vele Pieters, Philippes, Alexis' etc. Om de weg niet te verliezen heb ik er, indien nodig, voor gekozen het patroniem toe te voegen, ook al stonden deze niet in de brondocumenten.
Dit is een verhaal over de mensen die mijn voorouders waren en de tijden waarin zij leefden, waarbij de feiten zo goed als mogelijk vermeld worden en waarschijnlijkheden/ twijfels als zodanig benoemd. Dit laatste ook omdat het benoemen van discussiepunten mij vaak helpt om weer verder te komen; al dan niet met hulp van anderen. Het is nooit mijn bedoeling geweest een onderzoeksverslag te schrijven, daarom staan er op de website waarmee dit project begon, ook geen bronnen vermeld onderaan de pagina's. Ik heb er bij de start van dit, uit de hand gelopen project, besloten om of de belangrijke documenten toe te voegen of, op de websiteversie, via een link in de tekst de bron met u te delen.
Maak jouw eigen website met JouwWeb